Dit is het verslag van ronde 11 van de interne competitie. Deze ronde telde tien partijen waarvan er vijf in een overwinning voor wit eindigden, twee in een overwinning voor zwart en er waren drie remises.
We mochten twee nieuwe deelnemers verwelkomen: Stefan Solowjew en Tristan Munk. Zoals uit de archieven blijkt en sommigen van jullie zich misschien nog wel kunnen herinneren, was Stefan al eerder in de periode 2013 – 2015 lid van de vereniging en, zoals Johan meteen al raadde na het horen van zijn achternaam, is Tristan de zoon van een oud lid van de vereniging. En beide heren lieten zien dat ze kunnen schaken. Stefan won van Jan (B) en Tristan had vrijwel de gehele partij een overwegende stelling tegen André maar ging, zo vermoed ik, net iets te ver in zijn dadendrang waardoor hij het lid op de neus kreeg.
Al voor hun partij had Peter het tegen Johan over “zullen we remise spelen?” waarop Johan zeer terecht antwoordde “dat moet je dan eerst nog even waarmaken Peter”. En aldus geschiedde. In een variant van het Engels met witte pionnen op c4, d3 en e4 tegenover zwarte op c5, d6 en e5 is het lastig om voordeel te behalen maar dat lukte Peter dus wel waarop hij prompt remise aanbood dat door Johan gretig werd geaccepteerd. In de slotstelling staat Peter een pion voor en is zijn loper sterker dan het paard van Johan. Voor de meesten van ons reden genoeg om nog even door te spelen.
Rick en Mick speelden een bizarre partij, telkens als ik bij hun bord kwam waren de kansen gekeerd. Eerst had Mick pardoes zijn loper cadeau gedaan, vervolgens had Rick het stuk beleefd weer teruggegeven, had Mick twee ver opgerukte vrijpionnen en was één van Ricks paarden te ver van het honk gaan grazen. Uiteindelijk won Rick (!?) maar het had dus net zo goed Mick kunnen zijn.
Tegen Fred had Kees zijn vertrouwde Londen systeem weer van stal gehaald. Lang leek Fred het te kunnen bolwerken maar hij verloor een pion en daarmee zijn grip op de stelling. Daarna was het voor Kees slechts een kwestie van techniek.
Na een ongeveer gelijk opgaand duel kwam er bij Sam en Bastiaan het volgende fraaie eindspel op het bord.
Bastiaan met zwart speelde hier zeer terecht 1.., Lf4:!. Na de partij zei ik hem dat dit niet goed was maar ik zat helemaal fout want na 1.., Kf6 (wat anders) volgt 2 fg5:+(!), hg5:; 3 Te6:+, Te6:; 4 Le6:, Ke6; 5 Kc3 en de witte koning kan de zwarte koning nog net afhouden en is het remise. Bastiaans zet is de enige zet waarbij zwart nog winstkansen behoudt. En Bastiaan hield die winstkansen vast tot het einde want de partij eindigde in een voor hem gewonnen staand koning-plus-pion-tegen-koning-plus-dame eindspel. Maar Bastiaan kende de techniek van dit eindspel niet waardoor Sam nog remise kon maken. Oei, oei, Bastiaan, ken je eindspelen!
Het duel tussen Maarten en Jan (L) ging redelijk gelijk op al had Maarten van meet af aan het initiatief. Uiteindelijk wist Maarten een bres in Jans verdediging te slaan en de winst naar zich toe te trekken. Op de ranglijst staat Maarten nu net boven Jan.
Tegen Roy speelde Hadi weer het Londen systeem dat hem dit keer goed af ging al bood Roy lang en danig weerstand. Maar de aanval van vrijwel alle witte stukken op zijn geïsoleerde f-pion kon hij uiteindelijk niet keren waarna zijn stelling ineenstortte.
Ook de partij tussen Cor en Richard werd gekenmerkt door een aanval op een geïsoleerde pion. Maar hier had Richard genoeg stukken bij de hand om de pion te verdedigen zodat Cor in remise moest berusten.
Met zwart moest ik het tegen Wessel opnemen en ik verwachtte een vroege verrassing. En jawel hoor, in de doorschuifvariant van het Frans kwam hij na 1 e4, e6; 2 Pf3, d5; 3 e5; c5 met 4 b4(!?) op de proppen. Ik heb dit wel eens gezien en de clou na 4.., cb4: is dat wit 5 a3 laat volgen in de hoop dat zwart neemt waarna de zwartveldige lopers worden geruild en zwart met de slechte loper wordt opgescheept. Natuurlijk had ik 4.., b6 kunnen spelen maar dan laat je het initiatief volledig aan wit. En een pion is toch een pion dus nam ik het aangeboden kleinood toch maar. De ruil van de a-pion sloeg ik met 5.., Pc6 echter beleefd af. Daarna ontspon zich een typisch Franse strijd waarin ik op de koningsvleugel zeer omzichtig te werk moest gaan om niet snel te verliezen. Maar toen ik deze fase ongeschonden was doorgekomen en Wessel in de fout ging, won ik nog een pion en kon ik afwikkelen naar een voor mij gewonnen staand eindspel. Wessel liet het zich niet meer bewijzen en gaf op.
Tot volgende week,
Simon